Dag 26: Oamaru.
En voorts gaan we weer, op naar Oamaru. We nemen gedeeltelijk een scenic road, waardoor we van uitzichten op de oceaan in de ochtendzon kunnen genieten.Halverwege komen we langs de Moeraki Boulders. Dit zijn (bijna) volmaakt ronde stenen die verspreid liggen over het strand. Het ziet er uit alsof ze uit de zee aan zijn komen spoelen maar in werkelijkheid zijn het zoutkristallen die in de duinen ingekapseld zijn en mettertijd door de afkalving van die duinen bloot zijn komen te liggen op het strand. Na verloop van tijd vallen ze in brokstukken uiteen. We zijn niet de enige die de boulders komen bekijken, je kunt ook al goed merken dat we al een paar weken verder zijn richting het hoogseizoen, het wordt overal steeds drukker.
Rond 14:00 uur komen we aan in Oamaru. Hier willen we vanavond het aan land komen van de Blue Pinguïns gaan meemaken (daarover straks meer). We zijn nog te vroeg om in te checken bij de B&B, dus gaan eerst het stadje verkennen. Oamaru was vroeger een rijk havenstadje, die funktie is ondertussen overgenomen door andere steden, dus de havenloodsen zijn nu omgebouwd tot winkels en art-galeries. Er is ook een grote whiskyproeverij waar ze Nieuwzeelandse whisky verkopen. Als liefhebbers zijn wij wel geïnteresseerd, maar de prijzen zijn toch dusdanig dat het bij kijken blijft.
We slenteren nog een poosje verder door het stadje en gaan ons dan melden bij de B&B. Ook deze is weer een oud Engels aandoend landhuis, met heel veel behang en vloerbedekking. We moeten bij de deur onze schoenen uit doen en slofjes aan omdat de vloeren van een duur soort hout zijn, vertelt de eigenaar ons.
We eten in een prachtig authentiek Italiaans restaurant, ik heerlijke spaghetti en Karin Ravioli.
Dan wordt het tijd om ons naar de Pinguïns te begeven. De Blue Pinguïns is de kleinste pinguïnsoort die er is en leeft in grote getalen aan de oostkust van Nieuw Zeeland. Overdag zwemmen ze in de oceaan en 's avonds komen ze aan land om te rusten en hun jong die achterblijven eten te geven. In Oamaru hebben ze een onderzoekscentrum waar ze speciale nestkastjes hebben gemaakt, waardoor de pinguïns op deze plek op de rotsen klauteren om te overnachten. Elk koppeltje heeft zijn eigen nestkastje/slaapplaats. Er zijn speciale tribunes neergezet waar je kunt kijken. Je mag alleen niet filmen of je mobiel gebruiken, omdat het licht daarvan ze af schrikt. Er hangen speciale lampen met een licht wat zij niet kunnen zien, maar wij wel. We wachten tot het donker wordt en het eerste groepje aan wal komt. Zaak is om heel stil te zijn, zodat ze niet merken dat we er zijn. Gaandeweg komen de pinguïns in groepjes van ongeveer 10 de rotsen opgeklauterd, waarna ze zo snel mogelijk naar de ingang van de nestkastjes op zoek gaan. Het zijn kleine ( zo'n 30 cm hoog en 1 kg zwaar) beestjes, blauw en wit van kleur en hebben een koddige manier van voortbewegen.
Als ze eenmaal binnen zijn verdedigen ze hun plekje met verve, door keihard te piepen als er een ander in de buurt komt.
We rijden terug naar de B&b en gaan slapen. Morgen gaan we naar onze laatste bestemming, Christcurch.