dinsdag 18 december 2018

Dag 26: Oamaru.

En voorts gaan we weer, op naar Oamaru. We nemen gedeeltelijk een scenic road, waardoor we van uitzichten op de oceaan in de ochtendzon kunnen genieten. 


Halverwege komen we langs de Moeraki Boulders. Dit zijn (bijna) volmaakt ronde stenen die verspreid liggen over het strand. Het ziet er uit alsof ze uit de zee aan zijn komen spoelen maar in werkelijkheid zijn het zoutkristallen die in de duinen ingekapseld zijn en mettertijd door de afkalving van die duinen bloot zijn komen te liggen op het strand. Na verloop van tijd vallen ze in brokstukken uiteen. We zijn niet de enige die de boulders komen bekijken, je kunt ook al goed merken dat we al een paar weken verder zijn richting het hoogseizoen, het wordt overal steeds drukker.

















Rond 14:00 uur komen we aan in Oamaru. Hier willen we vanavond het aan land komen van de Blue Pinguïns gaan meemaken (daarover straks meer).   We zijn nog te vroeg om in te checken bij de B&B, dus gaan eerst het stadje verkennen. Oamaru was vroeger een rijk havenstadje, die funktie is ondertussen overgenomen door andere steden, dus de havenloodsen zijn nu omgebouwd tot winkels en art-galeries. Er is ook een grote whiskyproeverij waar ze Nieuwzeelandse  whisky verkopen. Als liefhebbers zijn wij wel geïnteresseerd, maar de prijzen zijn toch dusdanig dat het bij kijken blijft.

















We slenteren nog een poosje verder door het stadje en gaan ons dan melden bij de B&B. Ook deze is weer een oud Engels aandoend landhuis, met heel veel behang en vloerbedekking. We moeten bij de deur onze schoenen uit doen en slofjes aan omdat de vloeren van een duur soort hout zijn, vertelt de eigenaar ons.


 We eten in een prachtig authentiek Italiaans restaurant, ik heerlijke spaghetti en  Karin Ravioli.


Dan wordt het tijd om ons naar de Pinguïns te begeven. De Blue Pinguïns is de kleinste pinguïnsoort die er is en leeft in grote getalen aan de oostkust van Nieuw Zeeland. Overdag zwemmen ze in de oceaan en 's avonds komen ze aan land om te rusten en hun jong die achterblijven eten te geven. In Oamaru hebben ze een onderzoekscentrum waar ze speciale nestkastjes hebben gemaakt, waardoor de pinguïns op deze plek op de rotsen klauteren om te overnachten. Elk koppeltje heeft zijn eigen nestkastje/slaapplaats. Er zijn speciale tribunes neergezet waar je kunt kijken. Je mag alleen niet filmen of je mobiel gebruiken, omdat het licht daarvan ze af schrikt. Er hangen speciale lampen met een licht wat zij niet kunnen zien, maar wij wel. We wachten tot het donker wordt en het eerste groepje aan wal komt. Zaak is om heel stil te zijn, zodat ze niet merken dat we er zijn. Gaandeweg komen de pinguïns in groepjes van ongeveer 10 de rotsen opgeklauterd, waarna ze zo snel mogelijk naar de ingang van de nestkastjes op zoek gaan. Het zijn kleine ( zo'n 30 cm hoog en 1 kg zwaar) beestjes, blauw en wit van kleur en hebben een koddige manier van voortbewegen.




















Als ze eenmaal binnen zijn verdedigen ze hun plekje met verve, door keihard te piepen als er een ander in de buurt komt.

We rijden terug naar de B&b en gaan slapen. Morgen gaan we naar onze laatste bestemming, Christcurch.
 

zaterdag 15 december 2018

Dag 25: Dunedin. 

Ondertussen zijn we alweer een paar dagen thuis. Het lukte helaas niet om de laatste dagen al daar te schrijven, ivm de wifi. En de eerste dagen thuis hebben we doorgebracht met slapen en wassen en strijken e.d. Toch wil ik de blog graag nog afschrijven, dus bij deze. 

We gaan op de 25e dag van de westkust weer terug naar de oostkust. Vandaag nemen we dus afscheid van de Tasmanzee, aan deze kant komen we niet meer terug. Het begint ook op te schieten hoor, nog maar een paar dagen genieten van dit mooie land.  

We vertrekken vroeg uit Te Anau en gaan op weg naar Dunedin. Afstand zo'n 290 km. Over de reis valt niet zo veel te vertellen, het is een weinig bijzondere route. We nemen een engels ontbijtje onderweg, en komen zo rond 13:00 uur aan in Dunedin. Dit plaatsje is gesticht door Schotse immigranten en dat merk je aan  de gebouwen en de sfeer die het stadje nu nog uitstraalt. Je waant je een beetje in Schotland. 

 We bezoeken 2 kerken, de ene is de eerste kerk die er gebouwd werd de andere is een Anglicaanse kathedraal. Leuk om te zien maar ook weer niet echt heel indrukwekkend. 


 Wat wel de moeite waard is, is het station van Dunedin. Een erg mooi gebouw met name ook binnen. Alle vloeren zijn belegd met kleine mozaïeksteentjes. Het wordt nog steeds gebruikt als station, al moet ik zeggen dat al die tijd dat wij in Nieuw Zeeland zijn we nog nergens een trein hebben zien rijden.




 We bezoeken nog wat winkeltjes in het centrum en besluiten dan op zoek te gaan naar een kasteel wat hier aan de kust moet liggen. Zoals elke keer vindt de Tomtom het meteen, hoewel het maar een klein, steil, bochtig weggetje ernaar toe is. Onderweg stoppen we nog bij een uitkijkpunt over de Oceaan en merken dan pas wat voor een harde wind er staat. 

Het kasteel heet Larnach Castle en is gebouwd in 1870 door William Larnach, een Australische bankier die toch ergens met zijn geld naar toe moest.Het is een mooi kasteel naar Schots voorbeeld en met name de tuinen eromheen zijn erg mooi. Met name ook aan de kant van de oceaan, het uitzicht is daar schitterend.



 
Het wordt tijd om de B&B op te gaan zoeken. Dat is verrassend mooi, gelegen vlak bij het centrum en in oude stijl opgetrokken.



's Avonds eten we Aziatisch, ik neem Maleisische saté en Karin een salade.


 

donderdag 6 december 2018

Dag 24: Te Anau.

Rond 7:00 uur ben ik even wakker en zie dat het buiten hard regent en helemaal grijs is. We willen vandaag een wandeling gaan doen, maar met dit weer heeft dat geen zin. We besluiten om uit te slapen en dan te besluiten wat we vandaag gaan doen. Om 10:30 uur weer wakker en dan blijkt het weer wel een stuk te zijn opgeknapt, maar nog geen zon of heldere luchten. Toch gaan we de wandeling doen, omdat dit eigenlijk de laatste dag is dat we in de bergen zijn. We rijden voor een gedeelte dezelfde weg als gisteren, en parkeren de auto bij begin van de wandeling. De track die we willen lopen heet de Key Summit Track. Op de parkeerplaats staat een busje die koffie verkoopt en de verkoper wenst ons good luck en wijst dan naar de donkere lucht. We gaan op pad. Het eerste stuk is redelijk begaanbaar , maar het wordt allengs stijler en meer rotseriger (is dat een woord?). 




En het gaat stijl omhoog. Nou zijn we best gewend om in de bergen te lopen, en veel te moeten stijgen en klimmen, maar je merkt best dat de jaren gaan meetellen. We moeten vaker rusten en het tempo ligt lager. Mijn methode is dan om op alles en iedereen te gaan schelden, dat pept mij op. Is meteen weer over als ik boven ben, hoor, en ik beloond word voor mijn inspanningen. Zo ook bij deze wandeling. Het is ondertussen weer een stuk open getrokken dus we hebben mooie uitzichten over de omgeving. 
















Het is wel koud en het waait hard, dus we zijn blij met onze mutsen en handschoenen. Boven op de berg is een soort natuurwandeling van 30 minuten uitgezet met uitleg over de planten en bloemen die er groeien en nu in bloei staan. De begroeiing in de  Alpen  van Nieuw Zeeland bestaat voor 93% uit bloemen die nergens anders op de wereld voor komen (stond daar hé, ik wist het ook niet) Daarna weer naar beneden, dat gaat altijd een stuk makkelijker. Op de terugweg maken we nog verschillende stops, omdat het zicht nu veel beter is dan toen we gisteren deze weg reden. Dus weer mooie foto's kunnen maken.


















's avonds halen we fish and chips bij de chinees (echt waar!) en eten deze in het motel op, bij een netflix-serietje. De dag was weer fijn. Morgen gaan we weer richting Oostkust.


 

Dag 23: Te Anau, Milford Sound.

Vandaag gaan we een rondvaart maken tussen de fjorden van Milford Sound. We moeten vroeg op want het is nog zo'n 120 km vanaf Te Anau. En over bergwegen waar het ook nog eens stikt van de stopplaatsen omdat er overal mooie uitzichten zijn. Alleen zit het weer weer eens niet echt mee. Het is grijs en regenachtig onderweg. Gelukkig moeten we morgen dezelfde weg rijden en zal blijken dat het dan veel helderder is ( zie volgende blog). De weg wordt gaandeweg smaller en steiler, met veel bochtjes. Als we er bijna zijn  moeten we nog een stuk door een smalle tunnel, er mag maar telkens verkeer van één kant tegelijk door. De plek waar je moet wachten bij de tunnel is schitterend, hoge steile zwarte wanden waar talloze watervallen vanaf komen, en veel sneeuw. 
















Hier zien we ook voor het eerst een Kea, een soort papagaai die alleen in Nieuw Zeeland voorkomt, en de enige papegaaiensoort die zo hoog in de bergen leeft. Overal staan waarschuwingen om ze niet te voeren, omdat ze op die manier erg gewend raken aan mensen. En ze zijn erg slim en ondernemend, als je je auto niet goed afsluit, roven ze hem leeg. En slopen het rubber ven de portieren, daar zijn ze dol op. 








Als we door de tunnel heen zijn, blijkt het weer gelukkig aan de andere kant een stuk beter te zijn. We kunnen de toppen van de bergen redelijk zien. We parkeren bij het punt waar de schepen liggen aangelegd. Omdat het zo'n mooi gebied is, is het er ook erg toeristisch en liggen er rondvaartboten van diverse ondernemingen. Er is een grote terminal gebouwd om alles in goed banen te leiden. 












Als iedereen aan boord is en er uitgelegd is waar de reddingsvesten zich bevinden, zijn we weg. Milford Sound laat zich het beste vergelijken met de fjorden in Noorwegen, je gaat dus tussen hoge groene rotsen met veel watervallen. Het is erg mooi. Soms vaart de boot vlak langs de wand, om b.v zeehonden of een waterval van dichtbij te laten zien. En we varen een stuk de Tasmanzee op, om dan weer om te draaien en langs de andere kant weer terug gaan. De geul/dal waar we in varen is gevormd door ijs van een gletscher, lang geleden. De gids verteld dat er soms ook veel dolfijnen en een enkele keer zelfs Orca's te zien zijn  in dit gebied. Dat geluk hebben wij echter niet. Toch genieten we van alles wat we wel zien.







Na een tocht van 3 uur komen we weer in de haven. We rijden dezelfde weg terug. 
Als we 's avond een restaurant zoeken merken we dat Te Anau een stuk toeristischer is dan de plekken waar we hiervoor waren, en dat het hoogseizoen zo'n beetje aan het beginnen is. We krijgen bij 4 restaurants te horen dat er geen plaats is in de herberg. Bij het 5e mogen we eindelijk aanschuiven. Karin neemt een steak en ik spare ribs, als ware het een goedmakertje, krijg ik veul (heul heul veul) ribs...